Skip to main content
search
0
WinkelwagenClose Cart

Motorolie: Ins & Outs

Net als alle andere componenten in de auto, moet ook de motorolie zijn bijdrage leveren aan de CO2 doelen van de fabrikant. Maar! De techniek vraagt niet om 0W20, 0W16 of zelfs een 0W8.

Als voorbeeld: tot 2005 schreef Volvo een 5W40 voor, voor de D5 motor in de V70, voor modeljaar 2006 werd dat 0W30. In de tussentijd was er constructie-technisch niets veranderd aan de motoren. Misschien werden ze iets zuiniger van die dunnere olie, maar dat had zijn prijs, bij de auto’s van modeljaar 2006 zag je veel defecten aan nokkenassen, tuimelaars en klepstoters, in latere bouwjaren niet meer, waarschijnlijk zijn toen de hardheden van de onderdelen aangepast!

Een stapje hoger in viscositeit mag dus gerust, mensen laten zich bang maken. LET OP! Zeker niet van de aangegeven olie afwijken! Een 5W30 i.p.v. een 0W20 gaat prima, als vergelijk is een 0W20 is bij 100 gr/Celsius net zo dik als een 5W30 bij 110 gr/Celsius. Dus rijd je met die eerste in Denemarken en met die tweede in Spanje, dan is je olie even dun.

Motorolie en ACEA specificaties

De ACEA is een club van 16 motorenfabrikanten die samen coderingen opstellen voor motorolie. Ze hebben de A1 tot A5 specs bedacht voor benzineauto’s, B1 tot B5 voor diesels, C1 tot C5 voor diesels met roetfilter (het cijfer achter de C zegt iets over brandstofbesparing en as getal) en E2 tot E7 voor bedrijfsauto’s. Bij de benzinemotoren zie je de 3 en 4 het meest, voor de verlengde onderhoudsintervallen en de DI-motoren. Bij de moderne diesels kan je niet zonder de zogenoemde Low-Saps oliën uit de C codering. Echter ieder van deze 16 leden maakte na deze afspraak weer zijn eigen coderingen erbij. Daarbij zijn er enkele die je serieus moet nemen, zoals de 505.01 pompverstuivergoedkeur van VW bijvoorbeeld, die kwam nadat er verhoogde slijtage bij de TDI motoren was vastgesteld.

Reduceren van de CO2, zorgt voor de vraag naar hele dunne oliën

Ook zit er een commercieel kantje aan de fabriekscoderingen, om zo’n codering te verkrijgen, moet een olieleverancier zijn olie bij de fabrikant aanbieden voor een test, die dan zomaar € 350.000,- kan kosten, komt er dan een goedkeur, dan vraagt de fabrikant ook nog eens een aantal centen per liter voor dat nummertje op de verpakking of het product-blad!!! Denk hierbij aan Castrol en BMW bijvoorbeeld. Zulke goedkeuringen maken een olie dus duur, aan de andere kant bieden ze ook de garantie dat die olie geschikt is voor die motor.

Discount-olie van bouwmarkt of supermarkt geeft die zekerheid dus in géén geval; daar staat dan bijvoorbeeld op: vergelijkbare prestaties als… of “pending”, wat zoveel wil zeggen als “in aanvraag”, zonder tastbare waarde dus. Onmogelijke motorolie…? Olie uit het rek van de bouwmarkt bijvoorbeeld: volgens de beschrijving voldeed deze aan de ACEA A3/B4/C4 specificatie, hetgeen lastig is want in 2010 bepaalde de ACEA dat een B3/B4 een asgehalte heeft van >1,0 en < 1,6 terwijl de limiet voor het asgehalte van een C3 kleiner is dan 0,8, aan beide voldoen kan dus niet !!! Gaan we deze olie in een diesel met roetfilter gooien, denk ‘t niet… Coderingen van de fabrikant zijn niet heilig, VW stelt bijvoorbeeld hele hoge eisen, olie met een VW goedkeur kun je dus ook héél goed in een Renault gebruiken.

Kortom, als je als universeel autobedrijf je klanten goed wil bedienen, hoef je echt géén oneindig aantal soorten motorolie op voorraad te hebben. Een olieleverancier met verstand van zaken, volstaat.

Close Menu